Afbeelding

Marja Duin geeft 10 tips voor het insturen van een manuscript.

Marja Duin

Je manuscript naar een uitgever? 10 tips

Marja Duin geeft 10 tips voor het insturen van een manuscript.Het is niet eenvoudig een uitgever te vinden die jouw boek op de markt wil brengen. Zeker nu de boekenmarkt zo’n beetje is ingestort. Maar dat iets moeilijk is, is natuurlijk geen reden om het niet te proberen. Met deze tips vergroot je jouw kansen om uitgegeven te worden!

1. Doen: Zorg voor een topmanuscript

Je kunt maar één keer een eerste indruk maken, dus stuur de beste versie van je manuscript naar een uitgeverij. En dat is nooit de eerste versie. Leg eerst je boek voor aan proeflezers en verwerk hun feedback. In het ideale geval laat je er een redacteur naar kijken die ervoor zorgt dat je verhaal zowel inhoudelijk consistent als taalkundig correct en consequent is. Ligt dat niet binnen je mogelijkheden, hanteer dan in ieder geval de spelling- en grammaticacontrole en laat een bevriende schrijver of Neerlandicus alles nog eens corrigeren. Doe alles wat je kunt bedenken om die beste versie te realiseren.

2. Niet doen: Stuur je boek naar een uitgever die je kent

Een uitgever heeft één of meerdere fondslijnen en nieuwe manuscripten moeten daarbij aansluiten. Ken jij een redacteur bij een uitgeverij met een culinair fonds en heb je een young adultboek geschreven? Dan heeft het weinig zin je manuscript aan hem te sturen. Zo past ook een prentenboek niet bij een literaire uitgeverij en een oorlogsboek niet in een fonds met vrouwenthrillers. Als je je boek klakkeloos opstuurt naar een uitgeverijmedewerker die je kent, is je missie al bij voorbaat gedoemd te mislukken.

3. Doen: Onderzoek wat de geschiktste uitgevers zijn

De redacteur bij wie jouw manuscript op het bureau valt, kijkt dus eerst of het bij de uitgeverij past. Bereid je daarom goed voor. Zoek in een boekhandel of bibliotheek in de schappen naar boeken die lijken op het jouwe: qua genre, onderwerp of doelgroep. Noteer bij welke uitgeverijen die zijn verschenen en check hun websites op twee punten: of ze nog steeds hetzelfde genre uitgeven (dat kan namelijk in de loop der tijd veranderen) en op welke manier ze manuscripten aangeleverd willen krijgen. Dat is namelijk niet voor elke uitgeverij hetzelfde. Houd je aan hun aanwijzingen.

4. Niet doen: Stuur je manuscript naar alle uitgeverijen die je hebt gevonden

Begin met de drie uitgevers die jou op basis van je vooronderzoek het meest aanspreken en stuur je manuscript op. Waarom niet meteen naar alle andere uitgeverijen? Het is zinvol om het in kleine plukjes te doen: zo werk je niet alleen de uitgeverijen af in de volgorde van je voorkeur, maar zorg je er ook voor dat je tijd en aandacht besteedt aan doelgerichte, op maat gemaakte begeleidende brieven (zie punt 6).

5. Doen: Neem de tijd voor het benaderen van de uitgeverijen

De aandacht die je besteedt aan het gericht benaderen van uitgevers is zichtbaar in je brief en de synopsis. Daaruit kan een redacteur aflezen dat je het schrijven serieus neemt. Zo is het ook goed om te wachten met het opsturen van je manuscript naar een tweede pluk uitgeverijen totdat je van alle eerste uitgeverijen een reactie hebt gekregen. Zo kun je de feedback die je mogelijk krijgt verwerken in je manuscript. Daarmee kun je je kansen op succes bij andere uitgevers weer vergroten.


Schrijver worden? Lees Schrijven Magazine!

Nog geen abonnee? Profiteer van de introductiekorting: 1 jaar Schrijven Magazine voor slechts € 27,50  (i.p.v. € 38,50) + 2 cadeaus!

Profiteer nu


6. Niet doen: Stop je manuscript in een envelop en doe het op de post

Zie het opsturen van je manuscript als een open sollicitatie. Als je graag bij een bedrijf wilt gaan werken, stop je toch ook niet alleen je CV in een envelop? Je voegt altijd een motivatie bij, waarin je uitlegt waarom jij het bedrijf – in dit geval de uitgeverij – zo interessant vindt, wat jij te bieden hebt en waarom een samenwerking een win-winsituatie oplevert. Precies hetzelfde geldt als je je boek opstuurt aan een uitgever. Streef in je begeleidende brief naar een evenwicht in interesse wekken - waarbij je de pluspunten iets mag aanzetten - en de realiteit. Net als bij een sollicitatiebrief dus.

7. Doen: Voeg een synopsis toe

Behalve een begeleidende brief is het ook aan te bevelen een synopsis met je manuscript mee te sturen. Een synopsis bestaat uit niet meer dan twee A4’tjes en bevat alle voor een uitgever interessante informatie:

  • NAW-gegevens van de auteur. 
  • Kerngegevens van het manuscript: genre, aantal woorden, thema, doelgroep, belangrijkste verhaallijn.
  • Belangrijkste hoofdpersonen.
  • Samenvatting verhaal.
  • Relevante extra informatie over de auteur. Schrijfervaring, deelname aan schrijfcursussen en/of schrijfwedstrijden, gebruik je sociale media, heb je een website, heb je een eigen publiek?

Hiermee weet de redacteur in één oogopslag met wat voor manuscript en schrijver hij te maken heeft.

8. Niet doen: Bel na een week naar de uitgeverij om te vragen of ze al iets weten

Vaak staat op de website van de uitgeverij hoe lang het ongeveer duurt voordat je een reactie kunt verwachten. Dat is heel nobel, maar in de praktijk blijkt die periode niet altijd lang genoeg. Allereerst moet iemand jouw manuscript lezen, waarbij hij van tijd tot tijd wordt afgeleid door de dagelijkse gang van zaken. De productie van lopende titels gaat natuurlijk altijd voor. En stel dat de eerste redacteur er wel iets in ziet, dan moet jouw boek ook nog worden besproken met de rest van het team. Dat kan meestal een keer in de week en ook hier geldt: beslissingen ten aanzien van titels die al in gang zijn gezet, gaan altijd voor. Wees dus coulant en geef de uitgeverij de tijd.

9. Doen: Gebruik de wachttijd om te werken aan je schrijverschap 

Als auteur kun je heel veel doen om interessant te worden voor een uitgever. Bouw aan je netwerk, zorg dat je een welwillend publiek om je heen verzamelt dat bereid is jouw boek te kopen. Dit kun je natuurlijk persoonlijk doen, maar ook via de sociale media en met behulp van je eigen website, blog of nieuwsbrief. Ieder schrijver heeft er belang bij dat veel mensen je kennen, dus je kunt niet vroeg genoeg met promotie beginnen. Je kunt natuurlijk ook alvast een tweede boek beginnen; als duidelijk is dat van jouw hand meer boeken te verwachten zijn, zal de uitgever eerder investeren in jouw schrijverschap.

10. Niet doen: Raak in zak en as van alle afwijzingen

Helaas ligt de weg die je moet betreden om een uitgever te vinden bijna altijd vol afwijzingen. Om niet ontmoedigd te raken, is doorzettingsvermogen en geloof in eigen kwaliteiten essentieel. Houd in gedachten dat ook auteurs van de grootste bestsellers - denk aan J.K. Rowling en in ons land Robert Vuijsje - jarenlang met hun manuscript hebben rondgelopen. Soms is de tijd nog niet rijp voor een manuscript, maar dat kan ook zomaar veranderen. En als dat je te lang duurt, dan zijn er tegenwoordig talloze mogelijkheden om op een andere manier lezers te vinden.

Veel succes!

Marja Duin werkte tot 2012 als acquirerend redacteur voor o.a. Altamira-Becht, Aramith, Uitgeverij Archipel en De Arbeiderspers. Twee jaar geleden begon ze als zelfstandig schrijfcoach en redacteur. Ze begeleidt fictieschrijvers, maar is zich de laatste jaren steeds meer gaan toeleggen op non-fictie. Samen met Linda Krijns startte ze daartoe Boezzt, for books & business, dat ondersteuning biedt aan mensen die beroepsmatig een boek willen schrijven en dat voor hun zaak willen gebruiken als marketinginstrument.