5 vragen aan Boekenweekgeschenkauteur Griet Op de Beeck

10 tot en met 18 maart 2018 vindt de jaarlijkse Boekenweek weer plaats. Het Boekenweekgeschenk Gezien de feiten is geschreven door de Vlaamse Griet Op de Beeck. Wij stelden 5 vragen aan deze sterauteur, die ook een paar waardevolle tips geeft aan beginnende schrijvers.


Uit Schrijven Magazine, nummer 1 van 2016. Ook schrijftips in je brievenbus ontvangen? Word abonnee!

Hoe heb je leren schrijven?

‘Je leert jezelf schrijven door het te doen, vaak en almaar opnieuw proberend om het beter te krijgen. En door veel te lezen. Beide heb ik van jongs af gedaan. Als kind schreef ik versjes, verhalen en brieven aan mijn oudere zus die op kamers was – brieven die het niet hadden over dat we spaghetti hadden gegeten, voor alle duidelijkheid. En op mijn vijftiende ben ik na school voor de regionale bladzijden van een inmiddels ter ziele gegane krant gaan werken, daar heb ik ook veel van geleerd. Zelfs als het onderwerpen waren die mij niet zo boeiden moest er toch een stuk van komen; heel gezond, dat soort licht forceren.
Ook daarna ben ik altijd blijven schrijven, uiteenlopende dingen, maar nooit een aanzet tot een roman of zo, dat durfde ik niet. In mijn theaterjaren heb ik teksten bestudeerd, bewerkt en herschreven. Nadien heb ik een aantal jaren voor het weekblad HUMO en later voor de krant De Morgen grote interviews gemaakt. Allemaal laffe vluchtwegen, weg van datgene wat ik altijd al was maar nog niet durfde te zijn: een schrijver. Evengoed heb ik daar natuurlijk ook veel van opgestoken, dat spreekt voor zich.’

Hoe weet je dat je een idee voor een roman te pakken hebt?

‘Dat voel je terwijl je het zit te bedenken. Dat het dat is en moet worden, dat je dat wil vertellen, en wel zo, of toch ongeveer. En zeker als het zich in de kop almaar verfijnt en je telkens weer overtuigd blijft. Ik weet altijd eerst waarover ik het ten diepste wil hebben, en dan vind ik het verhaal dat dat zou kunnen doen.’

Welke tips heb je voor beginnende schrijvers?

‘Durf, leef, schrijf en blijf schrijven. Weet wat je waard ben en gun jezelf wat je verdient. Twijfel, maar niet zo heftig dat het je gaat verlammen. Zorg dat je veel nadenkt, hard voelt en goed om je heen kijkt. Durf te weten wat je wil en moet vertellen, en daar snoeihard voor te gaan. Zorg dat er minstens iemand is die meeleest, een slimme lezer die, los van zijn of haar eigen ego, begrijpt wat je probeert te doen, en die supportert én walgelijk kritisch voor je is.’

Ben je ooit vastgelopen tijdens het schrijven? Wat deed je dan?

‘Ik ben nog nooit fundamenteel vastgelopen. Weleens even, ja, dat gebeurt vrij vaak. Soms moet ik dan gewoon doorbijten. Soms helpt het om even totaal te kappen en een tentoonstelling te gaan bekijken of een film te zien, bij voorkeur in de cinema, of anderhalf uur de koersfiets op desnoods, en dan opnieuw. Doorgaan, dat is toch wat je moet doen als schrijver.’

Hoe kom je in de juiste sfeer om te schrijven?

‘Ik ga zitten en ik schrijf. Beginnen is altijd het moeilijkst. Het kan niet bij het prille starten van de dag. Er moet eerst iets gebeuren dat voelt als echt leven: sporten of de fiets op en boodschappen doen, een krant lezen. Pas als ik het gevoel heb dat mijn bestaan weer van mij is kan ik de juiste concentratie vinden. Maar verder bezig ik geen vreemde rituelen of zo. Schrijven is voor mij iets wat ik wil en zelfs moet doen, bij voorkeur alle dagen.’

Door Kathy Mathys
Kathy Mathys is schrijfster, literair journaliste voor de Vlaamse krant De Standaard en docent creatief schrijven aan De Schrijversacademie. In 2015 publiceerde zij haar eerste boek 'Smaak.Een bitterzoete verkenning'. Momenteel werkt zij aan een roman die in het voorjaar van 2018 zal verschijnen. Zij heeft in de jury gezeten van de Ako Literatuurprijs, De Gouden Uil en de ANV Debutantenprijs