April maand van de haiku bij de Boeddhistische Omroep

De Boeddhistische Omroep zal zich in de maand april richten op de beroemde Japanse dichtvorm, de haiku. Hoe heeft de haiku zich in ons land ontwikkeld? In hoeverre wordt de klassieke vorm (5-7-5) vastgehouden? Wat is de onderwerpkeuze? Spelen de seizoenen in onze geïndustrialiseerde samenleving nog enige rol? Via Facebook en Twitter kunnen luisteraars bovendien zelf een bijdrage leveren aan het maandthema, door eigen haiku’s in te zenden of te laten weten wat hun favoriete haiku is. Op 2 april is er een gesprek met Max Verhart , die jarenlang voorzitter was van de Haiku Kring Nederland en hoofdredacteur van het Nederlands-Vlaamse haiku-tijdschrift Vuursteen. Inmiddels heeft hij ook een eigen uitgeverij, ‘t Schrijverke. Ook bezoekt de omroep op 23 april de nestor van de Vlaamse haiku, Bart Mesotten (87). Sinds 1972 houdt hij zich intensief met de haiku bezig en in 2000 werd hij in Japan onderscheiden met de Shiki International Haiku Award. In Japan werd een straat naar hem vernoemd. De meest moderne loot aan de haiku-stam is de twaiku, een getwitterde haiku. Op 16 april komt de tekstschrijver, illustrator en webdesigner Len Dumont uit Maastricht aan het woord. Op 9 maart 2011 twitterde hij zijn 168-ste twaiku de wereld in: // versgeploegde grond / vangt de vroege voorjaarszon / in zwarte plooien // De klassieke Japanse haiku is vertegenwoordigd in een half uur durend gesprek op 10 april met de vooraanstaande Basho-vertaler Jos Vos. Vos (1960) doceerde van 1985 tot 1995 Nederlands in Kyoto en Osaka. In 1996 verhuisde hij naar Oxford, waar hij klassiek Japans studeerde. Vervolgens richtte hij zich op het vertalen van o.a. de reisdagboeken van de Japanse dichter Basho: De herfstwind dringt door merg en been (2001) en De smalle weg naar het verre noorden (2005). Vos verdiepte zich grondig in de klassieke Japanse literatuur (zie de door hem vertaalde en samengestelde bloemlezing Eeuwige jeugd), wat hem bracht tot een nieuwe manier van haiku vertalen. Hij is van mening dat de betekenis van Basho’s werk is ingekleurd door de zenromantiek. Op 9 april besteed de omroep tenslotte aandacht aan de perceptie van de haiku in Nederland in de jaren zestig en zeventig. Musicoloog Leo Samama gaat in op de dramatische manier waarop de componist Ton de Leeuw in 1968 een aantal haiku heeft getoonzet. De zenleraar Nico Tydeman bespreekt het boek Haiku – een jonge maan (1973) waarmee de vertaler J. van Toorn de Japanse dichtvorm bij een groter publiek introduceerde.

Bron

www.boeddhistischeomroep.nl