Een zomerse blokkade

Een zomerse blokkadeBoeken over schrijven vind ik onweerstaanbaar. Onderweg pik ik tips op die ik in mijn eigen werk toepas. Voorlopig stelt de Nederlandstalige markt het met een beperkt aanbod, maar ik voorspel dat daar verandering in zal komen. Creatief schrijven wordt steeds serieuzer genomen, zowel door docenten als studenten. Het bundelen van schrijftips lijkt me een logisch gevolg. Renate Dorrestein gaf met haar twee schrijfboeken het goede voorbeeld. 

Het geheim van de schrijver

In Het geheim van de schrijver legt Dorrestein helder en eenvoudig uit hoe je een verhaal schrijft. Onderweg demystificeert ze de lulkoek die rond het schrijfproces hangt. Inspiratie krijg je niet van een hogere instantie, maar door hard te werken. Passie is geen voorrecht van een minderheid. Je komt pas aan gepassioneerd schrijven toe als je er ook echt voor gaat zitten (en er niet alleen over praat of zeurt).

Hard werken, als er iets is dat ik bereid ben te doen, dan is het dat wel. Ik wil recht naar die uitgever, recht naar een hardcover met daarin bladzijden waarop mijn woorden staan. Die ambitie kan ik moeilijk rijmen met mijn traagheid. Ondertussen werk ik al meer dan drie jaar aan een debuut.

Afleidingsmanoeuvres

Mijn agenda bulkt van de goede voornemens: dan, daar en hier zal ik schrijven. Vaak zit ik voor mijn computer te tokkelen, maar even vaak staar ik wezenloos naar het scherm en dwalen mijn gedachten af. Aandacht Ward, denk ik dan. De voorbije zomer maande ik mezelf voortdurend aan. Ik was afgeleid en wilde ook afgeleid worden.

Een greep uit wat me allemaal van de schrijftafel wegjaagde: katten, telefoons, agenda's, onverklaarbare geluiden, regen, zon, wind, boodschappenlijstjes, afwasmachines, wasmachines, wasdraden, wc's, honger, dorst en vooral internet. Moet ik een afspraak nemen bij een old school breindokter die mijn afleidingskronkel wegsnijdt?

Trucs en troost

Ik kan me moeilijk focussen wanneer het einddoel – een afgewerkte roman - niet in zicht is. Daarom probeer ik mijn boek niet als een marathon te zien. Elk hoofdstuk is een sprint. Een roman is een aaneenschakeling van sprints. Dat idee helpt me, soms.

Ik troost mezelf met de gedachte dat het ooit beter zal gaan. Ik situeer dat moment na de voltooiing van mijn debuut. Wie een marathon heeft uitgelopen, weet de tweede keer beter hoe het moet. Reken daar maar niet te veel op, zegt Dorrestein. Een tweede roman laat zich moeilijker schrijven dan de eerste. De succesvol gedebuteerde auteur moet aan verwachtingen voldoen.

Een zomerse blokkadeDe blokkade

De blokkade, het andere schrijfboek van Dorrestein, kocht ik met het idee dat ik het pas zou lezen als ik zelf op iets gelijkaardigs zou stuiten. De zomer brak aan, mijn pen viel stil en ik stak De blokkade in mijn reiskoffer. Ik hoopte in het boek een pijl te vinden die een weg over mijn eigen blokkade aanwees.

De writer’s block waar Dorrestein mee werd geconfronteerd, was anders dan de mijne. Ik had geen gebrek aan inspiratie, wel aan tijd, aandacht en discipline om ermee aan de slag te gaan. Het dagelijkse leven liep mijn schrijversleven alsmaar opdringeriger voor de voeten. Beginnen is het moeilijkst. Ik kruip 's avonds na een ‘gewone’ werkdag voor mijn computer. Dat is een feit, geen excuus.

Blijven schrijven

Er zit niets anders op dan te blijven schrijven aan die roman waar niemand op wacht, behalve ikzelf. Schrijven is herschrijven, is een woord drie, vier, vijf keer in een zin verschuiven en het uiteindelijk deleten. Soms sneuvelt daarbij ook een zin, alinea of een heel hoofdstuk. Traagheid is eigen aan het proces. Forceer ik een spurt, dan moet ik de boel later herwerken tot de woorden echt goed zitten. Ik hoef niemand in te halen. Ik loop deze race alleen.

De volledige stukken vind je hier en hier.

Ward Mertens volgde les aan de SchrijversAcademie Antwerpen. Sinds 2013 maakt hij deel uit van de redactie van het literaire tijdschrift Gierik & NVT. Ward Mertens schrijft op wardmertensschrijft.blogspot.be.  

Uitgeven

Techniek

Service