5 schrijftips van Amerikaanse schrijver Mark Twain

De 19-eeuwse schrijver Mark Twain schreef het boek dat ook wel ‘The Great American Novel’ genoemd wordt: The Adventures of Huckleberry Finn. Twain wordt genoemd als één van de grootste Amerikaanse schrijvers ooit. Welke lessen deelde hij met zijn medeschrijvers?

1. Less is more

‘Iedereen heeft ideeën – het moeilijke is om ze uit te werken zonder een berg papier te verspillen aan een idee dat in één prachtige paragraaf uitgewerkt kan worden.’

Schrijf geen langdradige, overbodig lange teksten om maar aan een bepaald aantal pagina’s te komen. Gebruik precies zoveel woorden als je nodig hebt om het verhaal te vertellen, niet meer en niet minder.

2. Staar je niet suf op grammatica

‘Geweldige boeken worden gewaardeerd om hun stijl en inhoud, niet om een perfecte grammatica.’

Hoewel een goede kennis van taal essentieel is voor goed schrijfwerk, zul je nooit een recensie lezen waarin staat: ‘Wauw, de vervoeging van Engelse leenwoorden is overal perfect toegepast!’
Hoewel je ernaar moet streven om zo min mogelijk taalfouten te maken, moet je je hier niet door laten remmen. Schrijf eerst vrijuit en geef alle ruimte aan het verhaal en je stijl. Corrigeren komt later.

3. Show, don’t tell

‘Zeg niet dat de oude vrouw schreeuwde, maar sleep haar op het toneel en laat haar schreeuwen.’

Hier refereert Twain aan de alom bekende regel show, don’t tell. Vertel niet wat er gebeurt, dan is de lezer slechts een passieve aanhoorder. Laat zien wat er gebeurt, alsof de lezer het voor zijn ogen ziet gebeuren.

4. Schrijf geen nutteloze personages

‘Alle personages in een verhaal, zowel de levende als de dode, moeten een geldige reden hebben om er te zijn.’

Bedenk geen personages die er alleen zijn om, bij wijze van spreken, de kamer te vullen. Zorg dat elk personage waar je aandacht aan besteed via dialoog of actie, daadwerkelijk iets toevoegt aan het geheel. Een snelle passant op straat hoef je bijvoorbeeld niet uitgebreid te beschrijven als hij verder niet van betekenis is.

5. Wees zuinig met ‘heel’

‘Houd jezelf tegen als je geneigd bent om ‘heel’ voor een woord te zetten. Je redacteur zal het toch schrappen en je schrijfwerk is nog steeds net zo goed.’

Hij schreeuwde heel hard, ze viel heel hard van de trap, de cameraman zoomde heel erg in. Hoewel we snappen wat je probeert duidelijk te maken, zijn deze zinnen nog steeds hetzelfde wanneer je heel weghaalt. Wees hier dus zuinig mee – het voegt weinig toe maar leidt wel enorm af.

Bron:
Online Universities

Kill/Adjectives

Uitgeven