“Es, zit je nou weer naar die groene bal te staren?” “Helemaal niet.” “Waarom stuur je niet gewoon een berichtje?” “Ja, dag.” “Nee, het idee alleen al. Natuurlijk blijf je liever staren.” “Tanja heeft drie suffe filmpjes gepost en hij heeft ze allemaal binnen vijf minuten geliked.” “Jij ook." "Ja, ze is toch nog wel een vriendin. Soort van." "Waarom plaats jij dan geen suf filmpje?” “Ik ga toch geen súf filmpje posten?” “Een leuke dan?” “Ik ga geen filmpje posten, alleen maar om een likeje te krijgen.” “Nee. Jij wilt natuurlijk helemaal niet leuk gevonden worden.” “Waarom zou ik zijn like willen. Als hij ze zo makkelijk geeft. Aan Tanja.” “Hé, gast. Wat zit jij nou te doen?” “Niks.” “Tanja? Zit jij Tanja te liken?” “Nou ja-” “Ik dacht dat jij-” “Het is maar voor de aardigheid, ze doet toch d'r best op die filmpjes.” “'Tuurlijk, man.” “Het is niet belangrijk.” “Wacht effe. Van wie zijn die andere likes? Zie ik daar … jawel. Esther!”