6 taalfouten die makkelijk te vermijden zijn

Iedereen maakt weleens taalfouten, hoe goed je de regels ook kent. Deze 6 fouten zijn alleen wel héél makkelijk te voorkomen, dus doe daar je voordeel mee.

Teveel/te veel

‘Er staan teveel taalfouten in de tekst.’

Overal wordt deze fout gemaakt, van kranten tot reclamespotjes. Teveel, aan elkaar dus, dient alleen gebruikt te worden als het in de betreffende zin een zelfstandig naamwoord is. Bijvoorbeeld: Een teveel aan suiker is ongezond. Het betekent dan ‘een overschot’. Negen van de tien keer bedoel je echter ‘meer dan nodig/wenselijk’ en dan moet je te veel uit elkaar schrijven.

Twijfel je? Dit ezelsbruggetje werkt altijd: Kun je in plaats van te veel ook te weinig schrijven, dan schrijf je het los.

Dat/wat

‘Het verhaal wat ik geschreven heb, heeft de eerste prijs gewonnen.’

De verschillen tussen wat en dat zijn klein, maar er gelden hier wel officiële regels voor. Wat wordt gebruikt bij een onbepaald naamwoord (iets wat, niets wat). Dat wordt gebruikt bij zelfstandige naamwoorden, dus het verhaal dat.

Meer lezen?                         

Dan/als

‘Voor hem is het nog twee uur langer rijden als voor mij.’

Met dan en als worden veel fouten gemaakt. Toch is het vrij makkelijk om deze twee uit elkaar te houden:

  • Dan: na een vergrotende trap (groter dan, verder dan, meer dan, etc.) en na ander, andere of anders.
  • Als: bij vergelijkingen (even ver als, even groot als, net zo oud als, twee keer zo lang als).

Te allen tijde/ten alle tijden/ten allen tijde

‘Passagiers moeten ten alle tijden in hun stoel blijven wanneer het lampje brandt.’

Juiste schrijfwijze: Te allen tijde

Er zijn behoorlijk wat mogelijkheden om deze uitdrukking te schrijven, waardoor mensen snel in de war raken. Een ezelsbruggetje om het makkelijk te onthouden: alleen in het midden een –n.

Tenslotte/ten slotte

‘Het moet wel een groot feest worden, hij wordt ten slotte vijftig.’

Tenslotte en ten slotte hebben twee verschillende betekenissen. Tenslotte betekent immers, per slot van rekening, namelijk.
Ten slotte betekent tot slot, afsluitend, als laatste. Deze gebruik je bijvoorbeeld in je conclusie of wanneer je opsomt in welke volgorde iets gebeurt.

Het meisje die

‘Het meisje die achter de kassa staat, is zo onvriendelijk.’

Het meisje die is helaas al flink aan het verbasteren en zeker in spreektaal is deze fout snel gemaakt. Maar hierbij gebruik je het verkeerde verwijswoord. Je zegt toch ook niet die meisje?
Het meisje dat is juist.

Meer tips voor de schrijfwijze van bepaalde woorden vind je in het dossier Taaltips.


Over de auteur

Marije Catsburg is webredacteur en contentmanager bij Schrijven Online en freelance tekstschrijver. In 2017 studeerde zij af aan de Hogeschool van Amsterdam waar zij zich specialiseerde in creatief schrijven, communicatie en marketing. Ze leest en schrijft het liefst korte verhalen. Haar favoriete boek is Alle verhalen van Roald Dahl.

Meer lezen over taal? Je ontvangt al een jaar lang Schrijven Magazine voor maar €26,50. Krijg je er ook nog eens drie cadeaus bij!

Word abonnee   Geef Schrijven Magazine cadeau


Dossier