Afbeelding

Vrouw met kersttrui schrijft in een notitieboekje met een pen in de vorm van een zuurstok

Photo by EKATERINA BOLOVTSOVA

De 5 grootste clichés bij het schrijven van een sinterklaasgedicht

Hoe creatief je ook bent, iedereen heeft wel eens moeite bij het schrijven van een sinterklaasgedicht. Zeker als je niet zoveel raakvlakken hebt met degene wiens lootje je hebt getrokken. Maak je gedicht wat creatiever door weg te blijven van deze clichés.


1. Sint zat eens te denken…

Een klassieker bij elke pakjesavond, maar alleen omdat iedereen hem van mijlenver aan kan zien komen. Als je gebruik maakt van kermisrijm (of eindrijm) loop je al snel het risico dat je gedicht als elk ander sinterklaasgedicht klinkt. Rijm daarom niet alleen denken op schenken, hopen op kopen of hart op smart, maar denk wat verder dan de eerste resultaten die je krijgt als je een rijmwoordenboek raadpleegt. Als je al een ander rijmschema kiest dan AABB, klinkt je gedicht al snel een stuk origineler.

2.    Gedichtengenerator

Natuurlijk is het makkelijk om wat eigenschappen van degene voor wie je een gedicht schrijft in een gedichtengenerator te zetten, maar ook die websites worden enorm vaak gebruikt en er blijft weinig persoonlijks over aan je gedicht. Dat kan ook een flinke domper zijn als iemand meer van zijn gedicht had verwacht. Je kunt websites wel gebruiken als inspiratie. Probeer bijvoorbeeld eens ChatGPT een opdracht te geven voor meer input over je gedicht. Op die manier hoef je het niet allemaal zelf te bedenken, maar neem je ook niet klakkeloos een tekst over.

3.    Verschuilen achter ‘rijmpiet’

Zeker wanneer je niet als jezelf schrijft, maar als Sinterklaas of piet, is het aantrekkelijk om iets te eerlijk te zijn. Heb je bijvoorbeeld een discussie nog niet helemaal uitgevochten, dan is dit niet het moment om het aan te halen. Pakjesavond is een gezellige avond, dus behoud die positieve sfeer ook in je gedicht. Het is natuurlijk niet erg om iemand een beetje uit te dagen in je gedicht. Dat kan zelfs het gedicht nog wat persoonlijker maken. Maar draai er niet te veel in door en weet tegen wie je het hebt. Als je niet zeker weet of degene die je gedicht leest je opbouwende kritiek wel kan hebben, is het beter om het achterwege te laten.

4.    Je naam gebruiken in het gedicht

“Sint ging naar de Bruna, en kwam daar Pieter tegen.” Het lijkt een leuke manier om jezelf te betrekken in het gedicht, maar het neemt juist de hele verrassing weg. Als je toch jezelf een beetje een plek wil geven in het gedicht, kan je altijd nog kleine hints geven die naar jou leiden. Op deze manier maak je het gedicht extra persoonlijk en daag je de ander uit om wat verder te denken. Leg je identiteit er dus niet te dik bovenop, maar laat het nog een beetje een raadsel zijn.

5.    Geen verhaal vertellen

Een sinterklaasgedicht is bij uitstek de manier om een verhaal over iemand te vertellen. Over wie diegene is, wat diegene dat jaar heeft gedaan of over hoe het cadeau tot stand is gekomen. Laat je gedicht dus niet bestaan uit allemaal losse zinnen die niets met elkaar te maken hebben. Een verhaal schrijven en de zinnen tegelijkertijd met elkaar laten rijmen is moeilijk, maar het voegt wel heel veel toe aan het gedicht als het lukt. Desnoods kun je altijd nog zoeken naar een andere dichtvorm die beter bij je past. Vorm bijvoorbeeld een zin met alle eerste letters van je dichtregels. Op deze manier heb je nog steeds een creatief sinterklaasgedicht, zonder dat je te veel over rijm na hoeft te denken. Die creativiteit kun je dan meteen weer omzetten in je surprise.